Daalerschule in Leer en Kindcentrum ’t Maar in Spijk organiseerden met steun van het Kleine Projecten Fonds (KPF) een ‘Duits-Nederlandse kennismaking’.
Op de Daalerschule in Leer heeft inmiddels een testproject plaatsgevonden: klas 3c en de leerlingen van groep 5 van Kindcentrum ’t Maar in Spijk bezochten elkaar op maandag en dinsdag. Het project “Duits-Nederlands Kennismaken” werd mogelijk gemaakt met EU-middelen uit het Interreg VI-project “Kleinprojectenfonds” (KPF).
“Het idee erachter was dat de kinderen zouden zien welke overeenkomsten en verschillen er zijn tussen het Duitse en het Nederlandse schoolsysteem,” legt leraar Matthias Nee uit.
“Het is vooral interessant dat in Leer een grote school is met een ouder gebouw, terwijl de kleine school in Spijk een modern gebouw heeft in een dorpse omgeving.”
Tijdens het bezoek uit het buurland speelden de leerlingen enkele spelletjes om elkaar te leren kennen, maakten ze kleine molentjes en bezochten ze later een echte windmolen. “Het duurde geen vijf minuten om het ijs te breken,” vertelt Matthias Nee enthousiast.
De kinderen maakten dinsdag onder andere zogenaamde “stop motion-video’s” op de Daalerschule in Leer.
“Ze moesten bijvoorbeeld bedenken welke taal er in de video’s gebruikt moest worden. Dat lukte heel goed,” zei de lerares. De 46 leerlingen sloten de dag af met spelen in de sporthal. “Ik vond de uitwisseling erg leuk,” zei de negenjarige Femke uit Leer. “Het leukste vond ik dat we de molen hebben bezocht en filmpjes hebben gemaakt.” Haar klasgenootje Diamond (9) vond de uitwisseling ook “heel gaaf. Het leukste vond ik dat wij de Nederlandse kinderen leerden kennen en zij ons.”
De tienjarige Fenna vatte het samen: “Het was leuk om van elkaar te leren.”
DE 
NL