EDR blikt tijdens digitale raadsvergadering vooruit op toekomst van grensoverschrijdende samenwerking

Voor het eerst in het 44-jarig bestaan van de Eems Dollard Regio (EDR) vond een EDR-raadsvergadering compleet digitaal plaats. Meer dan 60 EDR-leden waren onlangs bij het online evenement van de partij.
‘We hebben tijdens de coronapandemie geleerd om op een flexibele en innovatieve manier met de nieuwe uitdagingen om te gaan’, vertelde EDR-directeur Karel Groen tijdens zijn welkomstwoord. ‘Het is daarom niet meer dan logisch dat we elkaar ditmaal online ontmoeten bij onze raadsvergadering.’
EDR-voorzitter Bert Bouwmeester deelde mee dat de Eems Dollard Regio tijdens de pandemie ‘geenszins afwachtend’ is geweest: ‘We konden op diverse vlakken erg snel en flexibel digitale middelen beschikbaar stellen. Daarmee konden we ook verzekeren dat onze grensoverschrijdende projecten zo goed mogelijk door konden gaan.’ Daarnaast konden ook veel nieuwe initiatieven op de been worden geholpen, bijvoorbeeld op het gebied van grensoverschrijdende zorg.
Maar de pandemie zorgde ook voor veel hinder. Veel grensoverschrijdende activiteiten konden niet doorgaan en onder meer schooluitwisselingen moesten worden afgezegd. Vooral op het gebied van sociaal-culturele projecten hakte de pandemie er flink in. ‘Met name deze fysieke activiteiten zijn de basis om mensen grensoverschrijdend met elkaar in contact te brengen. We hopen dat die persoonlijke ontmoetingen snel weer mogelijk zijn’, aldus Groen.
Tijdens de pandemie is volgens Bouwmeester ook de waarde van het GrensInfoPunt (GIP) EDR nog duidelijker aan het licht gekomen. ‘De inwoners van de grensregio weten inmiddels waar ze betrouwbare informatie over de situatie langs de grens kunnen krijgen. Veel waardering voor de medewerkers die alle vragen afgehandeld hebben. We zijn steeds effectiever aanwezig op social media en met berichten in de media hebben we zo goed mogelijk informatie gegeven aan grensgangers. Het belang van het GrensInfoPunt is in deze tijd meer dan duidelijk geworden’, vervolgde Bouwmeester.
EDR-strategie
Achter de schermen is bij de EDR afgelopen maanden ook gewerkt aan de koers voor de toekomst. Klaus Ludden van adviesbureau pro-t-in uit Lingen gaf in het kader daarvan uitleg over het EDR-strategieproces. Zowel leden als medewerkers van de EDR hebben de afgelopen tijd input geleverd, waaruit nu een beleidsplan voor de toekomst is ontstaan. Uit de input bleek dat 78 procent van de EDR-leden de EDR als ‘het belangrijkste aanspreekpunt voor grensoverschrijdende samenwerking in de regio’ ziet.
Daarnaast ging er aandacht uit naar de vraag wat de rol van de EDR in de toekomst is. In de toekomst zullen de leden nog meer betrokken worden bij de diverse grensoverschrijdende thema’s. Het is daarbij van groot belang om de meerwaarde van samenwerking met partners aan de andere kant van de grens duidelijk te maken, benadrukte Ludden. ‘De mensen moeten de voordelen van die samenwerking in gaan zien en zin krijgen in een samenwerking.’ Ook de grensoverschrijdende uitwisseling op bestuurlijk niveau moet volgens Ludden worden verbeterd.
In het algemeen spraken de EDR-leden zich ervoor uit dat de EDR dé belangenvertegenwoordiger voor grensoverschrijdende samenwerking blijft. De leden vinden dat op basis van de door de Eems Dollard Regio gepubliceerde ‘Strategie No(o)rd’ aan de volgende thema’s grensoverschrijdend aandacht moet worden besteed: mobiliteit, klimaatverandering, waterbeheer, grensoverschrijdende infrastructuur (weg- en fietsverkeer, spoorwegen), het zorgen voor voldoende vakkrachten, opleidings- en arbeidsmarkt, demografie, toerisme, gezondheid en zorg, onderwijs en cultuur, diensten van algemeen belang, energie, kinderen en jeugd en taal en onderwijs.
Innovatieve projecten
Hoofd INTERREG/EDR Ilona Heijen ging op de huidige stand van zaken van de INTERREG-projecten in het gebied van de Eems Dollard Regio in. ‘We hebben de grensregio in de afgelopen jaren met innovatieve projecten een nieuwe belangrijke impuls gegeven. We hebben daarnaast laten zien dat we door de grensoverschrijdende samenwerking tot een regio uitgegroeid zijn die in heel Europa om haar innovaties erkend wordt.’
Ook de pandemie heeft daar volgens Heijen niets aan veranderd: ‘Integendeel. Het was indrukwekkend om te zien hoe creatief en flexibel projectpartners zich aan deze situatie aangepast hebben. Natuurlijk werden sommige processen lastiger. Maar met de enorme inzet van onze partners konden we voorkomen dat cruciale processen vertraagd werden.’
Interreg VI
Mede daardoor kijkt Heijen vol verwachting uit naar de start van het nieuwe Interreg VI-financieringsprogramma. ‘We hebben ons al in een vroeg stadium gepositioneerd en de speerpunten voor onze regio vastgesteld. We zullen binnen de vier prioriteiten van het nieuwe programma opnieuw bijzondere Nederlands-Duitse projecten kunnen realiseren’, aldus Heijen. De prioriteiten van het nieuwe financieringsprogramma zijn innovatie, duurzaamheid (‘een groener programmagebied’), samenwerken aan een verbonden grensgebied en het thema ‘Een Europa dichter bij de burger in het grensgebied’.
‘We hopen dat het Interreg VI-programma op 1 januari 2022 van start gaat en dat we dan snel kunnen beginnen met het uitvoeren van de eerste projecten in het gebied van de Eems Dollard Regio’, besloot Heijen. In de nieuwe programmaperiode is er voor de noordelijke grensregio ongeveer 54 miljoen euro aan EU-middelen uit het Interreg VI-programma beschikbaar. Dat is vergelijkbaar met de middelen die in het huidige INTERREG V-programma beschikbaar stonden.