Diplomatiek duo te gast: Duitse en Nederlandse ambassadeurs bezoeken EDR
“We hebben in het verleden al enkele ambassadeurs individueel te gast gehad hier op kantoor. Maar dat de Nederlandse en Duitse ambassadeurs op hetzelfde moment bij ons zijn, is echt iets bijzonders”, benadrukten Karel Groen en Cora-Yfke Sikkema.
Met deze uitspraak hebben de algemeen directeur van de Eems Dollard Regio (EDR) en de plaatsvervangende voorzitter van de EDR Ronald van Roeden (ambassadeur uit Nederland) en dr. Cyrill Jean Nunn (ambassadeur uit Duitsland) in Bad Nieuweschans verwelkomd.Karel Groen gaf een inkijkje in de landschappelijke en economische omstandigheden in de Eems Dollard regio: “De twee kanten van de grens vullen elkaar aan als twee bladzijden in een open boek”. Deze ruimtelijke en culturele verwantschap vormde ook de basis voor de oprichting van het grensoverschrijdende samenwerkingsverband Eems Dollard Regio (EDR).
EDR is een “netwerk van de toekomst” dat mensen samen dient te brengen. “Hierbij speelt grensoverschrijdende infrastructuur een belangrijke rol. Onze EDR-voorzitter Matthias Groote heeft er terecht al op gewezen dat het van enorm belang is dat de ‘’Friesenbrücke’’ in 2024 op tijd klaar is, omdat we de doorgaande Nederlands-Duitse spoorverbinding zo snel mogelijk moeten kunnen gebruiken.” Daarnaast is het tijdschema voor de verlenging van de E233 aan Duitse zijde eveneens nog onduidelijk, stelt EDR-bestuurslid en districtscommissaris van Emsland Marc-André Burgdorf.Ook de ambassadeurs waren verrast door de vertragingen. Alle aanwezigen waren het erover eens dat hier snelle oplossingen voor de grensregio nodig zijn.Ilona Heijen, algemeen directeur van Interreg/EDR, legde de gasten het belang van het Interreg-financieringsprogramma voor de grensregio uit. Al sinds de jaren negentig wordt middels EU-middelen uit de Interreg-programma’s het ontwikkelen va grensoverschrijdende projecten gestimuleerd – van technologisch-innovatieve projecten tot uitwisselingen tussen scholen. “Deze relatief kleine uitwisselingsprojecten zijn echter even belangrijk voor ons. Voor ons staat het samenbrengen van mensen nog steeds centraal,” zegt Heijen.
Aan de hand van een kaart legde de directeur van Interreg uit dat projecten en initiatieven niet alleen in de directe grensgemeenten plaatsvinden, maar dat deze het hele grensgebied bestrijken. “Wij zijn blij dat zoveel betrokkenen deze 360-gradenbenadering volgen – en dat de blik niet alleen tot aan de grens reikt”.
Ook Nikolaus Jansen van het Amt für regionale Landesentwicklung Weser-Ems wees op de bekende grensoverschrijdende samenwerking. De deelstaat Nedersaksen onderhoudt op verschillende niveaus netwerken met de provincies Groningen, Drenthe en Fryslân – onder meer middels bilateraal overleg over de thema’s economie, arbeidsmarkt, energie, infrastructuur en ook water en natuur. Daarnaast staan op de agenda van de Nedersaksisch-Nederlandse samenwerking diverse gemeenschappelijke organen, alsmede de zogenaamde “4+1-bijeenkomst” van de Nedersaksische minister-president met de Commissarissen van de koning in de provincies van de noordelijke grensregio en van de provincie Overijssel.De ambassadeurs werden bij hun bezoek aan het EDR-kantoor vergezeld door Peter Schuurman (consul-generaal uit Nederland in Düsseldorf) en Heinrich Rohlfing (Erster Botschaftsrat der der Botschaft der Bundesrepublik).
